Martin ter Denge voert het woord in het Europees Parlement
RIJSSEN – Columnist van onze krant, Martin ter Denge, voert woensdag 28 september het woord in het Europees Parlement in Brussel. Op die dag wordt er een conferentie gehouden over de minderheidstalen. Grote motor achter de conferentie zijn de Europarlementariërs Annie Schreijer-Pierik uit Hengevelde Jens Gieseke uit het Duitse Sögel (Nedersaksen). De conferentie vindt plaats in de zaal 6Q1 van het Europarlement aan de Wiertzstraat in Brussel.
De conferentie heeft als thema: Nedersaksisch/Niederdeutsch, de sloapende reus.
De bedoeling van de conferentie is om de Nedersaksische dialecten, waaronder in Nederland grofweg de Oost-Nederlandse streektalen vallen, een impuls te geven om een zelfde erkenningsstatus te krijgen als bijvoorbeeld het Fries.
De organiserende Europarlementariërs worden geholpen door het Europees Buro veur Kleine Taelen (EBKT). Deze instantie zorgt sinds de oprichting in 1984, voor de promotie en bescherming van het Fries en het Nedersaksisch in Nederland, in de Europese Unie (EU) en de Raad van Europa en hun instellingen. Hiervoor wordt wettelijke en politieke steun gezocht op Europees, nationaal en provinciaal niveau.
Het EBLT bestaat uit vertegenwoordigers van 22 organisaties die zich inspannen voor de positie van het Fries en het Nedersaksisch. Tegenover deze twee talen heeft Nederland verplichtingen naar de internationale gemeenschap, na het in werking treden (1998) van het Europees Handvest voor streektalen of talen van minderheden van de Raad van Europa.
Sinds 2009 zijn het EBLT en het Mercator Europees Kenniscentrum voor Meertaligheid en Taalleren (Mercator Kenniscentrum) van de Fryske Akademy een samenwerkingsovereenkomst aangegaan. Het Mercator Kenniscentrum is onder andere verantwoordelijk voor het secretariaat en de website van het EBKT. Daarnaast werken de partners samen bij het organiseren van verschillende activiteiten.
