Afbeelding
Foto:

Van achtertuin naar moestuin

TWENTE - Het zoveelste voedselschandaal op TV. Kun je eigenlijk het eten nog wel vertrouwen? En wat zit er bijvoorbeeld allemaal op groente gespoten? Hoewel dit soort zorgen doorgaans vrij overtrokken worden in de media, levert het wel een groeiende interesse op om zelf ook wat te gaan verbouwen. De afgelopen jaren kozen steeds meer mensen er voor om een moestuintje te nemen of hun eigen tuin om te toveren tot een productieve kwekerij voor allerlei lekkers.

Voor de moestuinder in spé is er gelukkig steeds meer informatie en tips te vinden op internet. Zelfs voor mensen zonder groene vingers wordt het zo makkelijk om zelf wat te gaan verbouwen. Bij menig tuincentrum zijn tegenwoordig handige moestuinbakken te vinden voor in de eigen achtertuin, of zelfs voor aan het balkon.

Goede grond
Wie bakken en een ruimte heeft, moet vervolgens na gaan denken over de grondsoort. Je kunt natuurlijk je eigen tuingrond gebruiken. Deze moet dan wel de juiste consistentie hebben. Eén tip is om wat grond te nemen en hier in je handen een 'worstje' van te maken. Glijdt het zo door je vingers, dan is het vooral zand. Is het daarentegen erg hard, dan is het waarschijnlijk klei. Kun je er een worstje van maken en is het niet te hard of te zacht, dan heb je waarschijnlijk een goede voedingsbodem. In veel woonwijken is echter vooral met zand gewerkt, waardoor het waarschijnlijk is dat je toch zelf grond moet gaan kopen.

Wat wil je eten?
Groente is een aantrekkelijke optie voor een moestuin. En je kunt zelf best wat fruit- en groentesoorten planten, zelfs in het Nederlandse klimaat. Je kunt kiezen voor het zaaien met zaadjes of het planten van een plantje. Groenten waarbij meestal voor zaadjes wordt gekozen zijn: bonen, komkommer, knoflook, erwten, pompoen en anderen. Groenten die je gemakkelijk kunt planten zijn onder meer broccoli, bloemkool, selderij, tomaten en aubergine. Tegenwoordig is het aanbod van allerlei plantjes in de tuinvakhandel erg groot.

De juiste plek
Het kiezen van een goede plek is het belangrijkste voor een moestuin. Een plekje met veel zonlicht is optimaal. Als je dit dan ook nog enigszins kunt beschermen tegen te sterke wind of hoosbuien zou dit mooi zijn; zo overleven de plantjes ook de extremere weertypes die we tegenwoordig vaker zien. Alle begin is moeilijk, zo ook bij het aanleggen van de eigen moestuin. Simpelweg niet alles zal direct lukken. Daarom is het verstandig om niet gelijk te ambitieus te beginnen. Plant eerst één of twee soorten, kijk dan het volgende seizoen naar nog meer soorten. Zo bouw je langzaam een smaakvolle en diverse moestuin op. Ook het planten van fruitbomen is tegenwoordig goed mogelijk, bij voorkeur dan rond november. Het leukste van je eigen moestuin is natuurlijk het oogsten en eten. Wie gedurende het jaar wat soorten plant, kan uiteindelijk zo'n beetje het hele jaar genieten van de moestuin.

Insecten zijn onze vriend
Wij zijn niet de enige die al dat lekkers in de tuin waarderen, ook menig insect ziet een fijne maaltijd in jouw bijna-rijpe komkommer. De slimme tuinder slaat twee vliegen in één klap: diverse soorten kunnen vervelende insecten op afstand houden. Zo voorkomt lavendel bladluizen en mieren. Basilicum stopt de witte vliegen die je tomaten aanvreten. Citroenverbena en melisse werken uitstekend tegen muggen. Munt houdt zowel mieren als muizen op afstand en smaakt ook uitstekend in een zomerse mojito.