Afbeelding
Foto:

De historie van
Steenfabriek 'De Brekeld'

RIJSSEN – Met medewerking van natuurfotograaf Arjan Baan wil ik u wekelijks meenemen naar de historie van de Steenfabriek ''De Brekeld'' in de periode van 1924 tot 1982.

Arjan zijn overgrootvader TojnOarnd (Baan) was de eerste medefirmant van de Rijssense steenfabriek 'De Brekeld'. Hij werd in de loop van de jaren opgevolgd door zijn zoon Jan Willem Baan en de laatste firmant van 'De Brekeld' was diens zoon Garrat Baan.

Het tichelwoark
De aanwezigheid van turf en kleileem bracht de Rijssenaren er als vanzelf toe naast het boerenbedrijf zich te ontwikkelen tot steenbakkers. Het tichelwoark (een plaats waar leem gewonnen werd, verzameld en gebakken wordt voor de productie van stenen) was in Rijssen de oudste industrie. Vermeldenswaardig dat men in die tijd op schertsenderwijze sprak van negers, roodhuiden en blanken. De negers waren de turfgravers, die zorgden voor de brandstof in de grote veldovens van de steenbakkerij. Roodhuiden waren zij die op het tichelwoark werkten, waar het stof van de roodgebakken stenen doordrong tot in de poriën van de huid, terwijl de burgers in de groep de blanken waren.

Ontstaan van de ''De Brekeld''
Omstreeks 1840, toen Rijssen nog geen 2.000 zielen telde, waren de steenfabriekjes van de familie Baan en ten Hove, twee van de meer dan 50 steenfabriekjes die Rijssen in deze periode rijk was. De tichelwoarken van de families Baan en ten Hove waren 100 jaar lang naast elkaar gesitueerd aan de Brekeldlaan. In 1924 gingen beide firma's fuseren. Dit was het begin van een bloeiende periode in de historie van het steenbakken in Rijssen, deze periode duurde bijna zestig jaar lang.

Handmatige productie
De stenen werden handmatig gemaakt (geperst) in een houten raamwerk (steenvorm). Het vochtige leem werd dus handmatig in de vorm geperst , waarna het leem aan de bovenkant werd afgesneden om een mooie gladde steen te krijgen .Vervolgens werd de steenvorm omgekeerd en waren de ''natte stenen'' gereed om te drogen. Voor de fusie in 1924 werkten veelal ook de vrouwen en/meisjes van beide families. De pas geperste stenen werden door de meisjes met acht of negen stuks tegelijk onder de arm genomen en in banen op de grond gelegd om te drogen. Als de stenen droog waren werden ze in de veldoven gepakt.

Wordt vervolgd
Dick Tukkers