Doe eens een gek concert in Brussel
RIJSSEN – Een ongewone combinatie van tin whistle, drums, piano en orgel donderdagavond in de Brusselzaal van het stadhuis.
De Stichting Stadsmuziek sloot het jaar af met dit hoogst opmerkelijke verrassingsconcert. Een geslaagd experiment, zeker te horen aan de reacties van het publiek.
Stadsorganist Dick Sanderman opende op het stadhuisorgel met variaties op het lied Ach du lieber Augustin van Wenck en een Trio in F van Winsemius. De melodie was te herkennen als het sinterklaaslied Daar wordt aan de deur geklopt of het bekende Groningse volkswijsje 't Peerd van ome Loeks.
Pianiste Corien Baan vervolgde op de gloednieuwe stadhuispiano met de Sonate in C dur van Mozart. Daarna kwam Martin ter Denge die de zaal verraste met twee Ierse liederen op de tin whistle. Het karakteristieke fluitspel werd door Dick Sanderman ondersteund met het orgel. Daarna lieten Sanderman en Baan horen hoe een piano en een orgel geweldig kunnen samenspelen met een verrassend Catalonisch Lied van Franz Poenitz.
Vervolgens liet Ter Denge op virtuoze wijze horen hoe een Amerikaanse drum klinkt in een betrekkelijk kleine ruimte als de Brusselzaal. De ongewone geluiden in de eerbiedwaardige concertruimte trok de aandacht van de AED-instructeurs in de naastgelegen zaal; ze kwamen iedere keer even om de hoek kijken of het in de Brusselzaal allemaal wel goed ging.
De Ballade in g van Chopin was, volgens Corien Baan, geïnspireerd op een gedicht met wisselende stemmingen. Dat was goed te horen in het stuk. Daarna voerden Ter Denge en Sanderman op drums en orgel enkele swingende Popstücke uit van Michael Schütz, een componist die verbindingen legde tussen klassiek en popmuziek. Een ongewone combinatie, maar met heel veel plezier gebracht door organist en drummer.
Tenslotte kwamen piano, drums en orgel bij elkaar in La harpe de Saint Cécile van Auguste Wiegand. In het stuk zit geen slagwerkpartij, maar Martin ter Denge improviseerde daar met trommels en bekkens tussendoor alsof het ervoor gecomponeerd was.