Vogel van de week: Ooievaar
RIJSSEN - De vogel van deze week is die met de Nederlands naam ooievaar. In het Rijssens en Twents noemt men hem 'stork', zie daarvoor ook het fabrieksembleem van de firma Stork in Hengelo. De ooievaar figureert in vele volksverhalen als de brenger van geluk en nieuw leven.
Ooievaars leven in de nabijheid van mensen. Zij nestelen bij voorkeur op menselijke bouwsels, op telefoonpalen, daken, bomen, schoorstenen, kerktorens of door de mens gemaakte palen met houten platform. Midden jaren 70 was de ooievaar in Nederland zo goed als verdwenen. Samen met vele vrijwilligers heeft de Vogelbescherming via een reddingsprogramma met ooievaarsstations voorkomen dat de soort als broedvogel in Nederland uitstierf.
De ooievaar is een onmiskenbare grote zwart-witte vogel met rode snavel en poten. Zijn voedsel, vooral gezocht in weide en hooilanden, bestaat uit kikkers, muizen, mollen en insecten. Ook eten ze hagedissen, regenwormen, jonge vogels, aas en afval. De ooievaar vliegt in de lucht met gestrekte hals, brede vleugels en poten die buiten de staart steken. Ooievaars hebben 1 legsel per jaar in april, met per nest 3 tot 5 eieren die 33-34 dagen worden bebroed. Het paren gebeurt na uitgebreide balts waarbij de ooievaars hun kop in de nek gooien en klepperen. De jonge ooievaars zitten 55 tot 60 dagen op hun nest. Als ze zijn uitgevlogen, worden ze nog 7 tot 20 dagen gevoerd door hun ouders.
Dick Tukkers