Vogel van de week: Veenke
RIJSSEN - De vogel van deze week is de veenke in het Riessens en in het Nederlands genoemd de vink.
De vink is een zangvogel. In de lage landen is hij de bekendste en meest voorkomende vinkachtige vogel. Zijn zang waarvan de laatste tonen de "vinkenslag" wordt genoemd, kent vele dialecten. De vink is ongeveer 15 centimeter lang, met bruine poten. Mannelijke exemplaren zijn aan de onderzijde wijnrood, waarbij de kruin en de nek bleekblauw zijn en het voorhoofd zwart. De vleugels hebben twee witte banden en de vogel heeft een groenachtige stuit. Bij de volwassen vrouwtjes zijn de vleugels en staart bruiner, de onderzijde lichtgrijs-bruin en de rug donkerder olijfgroen. De zang van de vink is heftig melodieus en te horen van februari tot september, waarbij het liedje maximaal 5 seconden duurt en dit wordt makkelijk 10 maal per minuut herhaald.
Het voedsel van de vink bestaat uit zaden, vooral oliehoudende, kiemend zaad, vruchten en bessen, knoppen, maar ook broodkruimels. De vink heeft meestal twee legsels per jaar met gewoonlijk 4 à 5 eieren, soms 6 à 7. De kleur van de eieren is lichtblauwgroen tot roodbruin. Jonge vinken worden met insecten groot gebracht. De vink broedt van half april tot juli. Nesten vindt men op verschillende hoogten aan de rand van een bos of op open plekken. De broedduur van de vink bedraagt 12 tot 15 dagen. Beide vogels verzorgen de jongen, die het nest na 13 à 14 dagen verlaten, waarna ze nog enige tijd worden gevoerd door hun ouders.
Dick Tukkers