RIJSSEN – Door het plaatsen van de laatste orgelpijp nam cultuurwethouder Ben Beens (links) zaterdagmiddag het Doe-orgel van de Stichting Stadsmuziek Rijssen in gebruik. Dat gebeurde onder toeziend oog van voorzitter Gertjan ter Harmsel.
Dat gebeurde in de overvolle Brusselzaal van het stadhuis en met een verrassend concert waar kinderen en volwassenen volop de mogelijkheden van het nieuwe Rijssense orgel lieten uitkomen.
Stadsorganist Dick Sanderman had speciaal voor de gelegenheid een compositie geschreven met de treffende Rijssense uitdrukking "Doar geet 't hen" als titel. Hij had zich daarbij laten inspireren door Harm Agteresch die een van zijn songs, "Een cointry en western keboy-versje" op de banjo altijd begon met de oer-Rijssense uitdrukking: "Doar geet 't hen".
Ook de jonge en zeer jonge orgelleerlingen lieten zich van hun meest muzikale kant zien op het Doe-orgel. Matthias Kippers speelde Kum ba yah, Thomas Seppenwoolde When the Saints, Casper Struijk Organ Fun. Joas Mensink, Pieter-Jan de Wolf, Geert Kosters, Mirjam Arends en Peter Baan speelden composities waarin dierengeluiden te horen waren. Jan-Geert Heuvelman en Dick Sanderman demonstreerden vervolgens hoe het Doe-orgel klinkt in combinatie met het stadhuisorgel in de Brusselzaal.
Het Doe-orgel wil leerlingen kennis laten maken met de techniek van het echte orgel. Het is gemakkelijk uit elkaar te halen en in de klas door leerlingen weer in elkaar te zetten. Op deze manier wil Stadsmuziek jongeren blijvend interesseren voor het orgel. Vroeger kwamen jongeren vaak van kindsbeen af wekelijks in contact met een orgel in de kerk. Deze vanzelfsprekend begint sterk te verdwijnen, waardoor landelijk het aantal organisten terugloopt. Met dit Doe-orgel probeert de Stichting Stadsmuziek dit tij te keren. Het Doe-orgel kon aangekocht worden door bijdragen van de Rabobank, het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Cultuur Adviesraad Rijssen-Holten.