OV nog vaak ver te zoeken
RIJSSEN/HELLENDOORN - "Busje komt zo... busje komt zo...", menig lezer zal zich de de tekst van deze klassieker uit 1995 nog wel herinneren. Maar wanneer je in veel delen van Twente komt, is het helaas voor veel mensen: busje komt niet. Het is namelijk erg slecht gesteld met de bereikbaar van het stads- en streek vervoer in veel kleinere Overijsselse gemeenten. Overijssel als geheel zit al onder het landelijk gemiddelde voor de nabijheid van OV-haltes én ook nog eens qua de frequentie. Geen promotie van het openbaar vervoer als auto-alternatief.
Uit de nieuwste cijfers van de Provincie Overijssel blijkt dat gemiddeld 88,2 procent van de inwoners een OV-halte voor stads- of streekvervoer in de buurt heeft - minder dan 500 meter afstand. Dit is onder het landelijk gemiddelde van 91,9 procent. In Rijssen-Holten is heeft helaas 20,3 procent juist geen halte in de buurt en in Hellendoorn blijft 34 procent verstoken van OV in de buurt. Naast de nabijheid van de haltes speelt ook de frequentie van busverbindingen een rol. In dit geval definieert men 'frequent' als vier bussen per uur in de drukste richting. Gemiddeld zit dit in Overijssel op 39,2 procent. In Rijssen-Holten heeft slechts 10,3 procent van de mensen de beschikking over frequent openbaar vervoer en in Hellendoorn een abominabele 5,4 procent. De cijfers zijn regiobreed wel zorgwekkend te noemen; verdere verschraling van lijnen en frequenties kan zorgen dat inwoners altijd op de auto aangewezen zijn
